dinsdag 15 mei 2012

Vooruitgang in energie innovatie aangetoond in Nederland


Bron: Website Agentschap NL
Het programma Duurzame Energie Nederland (DEN) en de Energie Onderzoek Subsidie (EOS) hebben de afgelopen tien jaar aantoonbaar positief bijgedragen aan de verbetering van de kennispositie in Nederland en de toepassing van nieuwe energietechnologieën. Dat is één van de hoofdconclusies van de evaluatie van deze twee ‘lange termijn instrumenten voor verduurzaming’. Ecofys voerde de evaluatie uit in opdracht van het ministerie van EL&I.
Doel van het onderzoek was naast het afleggen van verantwoording over de behaalde resultaten, het inventariseren van geleerde lessen die van belang zijn voor toekomstig energie-innovatiebeleid. De hoofdconclusies zijn:

DEN en EOS hebben bijgedragen aan een betere kennispositie in Nederland en de toepassing van nieuwe energietechnologieën;
- Een groot deel van de uitgevoerde projecten heeft een vervolg gekregen
- Over het algemeen zijn de middelen van de programma’s doelmatig ingezet 
- Op het gebied van het monitoren van de effectiviteit van beide programma’s is er sprake van verbeterpunten


Technologische vooruitgang
Een van de bevindingen van het onderzoek is dat de inzet van EOS en DEN-middelen heeft geleid tot aanwijsbare technologische vooruitgang in Nederland. Bijvoorbeeld op het gebied van de ontwikkeling en bouw van machines voor de productie van zonnecellen. Ook op het gebied van het opwekken van energie uit biomassa is op een aantal terreinen – vergisting, vergassing en torrefactie – flinke technologische winst geboekt. Op dit terrein is een duidelijke verschuiving zichtbaar van onderzoek naar demonstratie in de praktijk. Op het gebied van windenergie is vooral vooruitgang geboekt bij de ontwikkeling van ondersteunende diensten en producten. Bijvoorbeeld als het gaat om aerodynamica en geïntegreerde ontwerpsoftware.

Aanbevelingen
Een van de aanbevelingen van het onderzoek is om door te gaan met het subsidiëren van energieonderzoek. Daarbij is het wel van belang om voor toekomstige programma’s de wijze van monitoring en evaluatie beter in te richten. De monitoring van beide programma’s is sterk gericht geweest op de financiële verantwoording van de opdrachtuitvoering en veel minder op de effectmeting van de uitgevoerde projecten. Voor de toekomst is het van belang om bij aanvang duidelijke doelen en subdoelen te definiëren van zowel het programma als de projecten. Dat maakt het gemakkelijker de voortgang te meten en waar nodig bij te sturen.

Meer informatie
Ex-post evaluatie van energie-innovatieprogramma’s

Cleantech & MVO related links

Enterprise Europe Network - Automotive

Enterprise Europe Network - Energy